Debatbijdrage Uitvoeringsagenda Cultuur 2021-2024

10 november 2021

Op de valreep voor de begrotingsbehandeling bespreken we maandagavond 8 november de Uitvoeringsagenda Cultuur en daarmee de concrete invulling voor de periode 2022-2024 van de ambities uit het Cultureel Perspectief Zwolle 2040.

De fractie van de Partij van de Arbeid kan zich goed vinden in de ambities uit het Cultureel Perspectief, dat hebben we bij het raadsdebat op 28 juni jl. al aangegeven. En als we kijken naar de invulling die deze ambities de komende jaren krijgen, dan staan we ook daar in grote lijnen positief tegenover. Vanavond willen we ons beperken tot enkele opmerkingen en vragen.

  1. We steunen de benadering van het lange termijnperspectief waarbij Zwolle op cultureel gebied wil doorgroeien tot een speler die meetelt op nationaal niveau. Het college legt die lat bewust hoog. Dat waarderen en steunen wij, maar tegelijkertijd betekent dit nogal wat: het vraagt om een jarenlang volgehouden inspanning om de cultuur in Zwolle te versterken. Dan gaat het om het uitzetten en vasthouden van een inhoudelijke koers, goede afstemming met de provincie en het Rijk en om gestage groei van het Zwolse cultuurbudget (dat nu met € 143 per inwoner* schril afsteekt bij andere steden met een ambitieus cultuurbeleid). Wie mocht denken dat dit in vier jaar en met een paar ton extra te regelen is, zal bedrogen uitkomen. Dit is een marathon en geen kortebaanwedstrijd.
  2. Groei vereist een stevige basis. Daarom is het terecht dat de Uitvoeringsagenda inzet op investeringen in de breedte en drie specifieke aandachtsgebieden om die basis op orde te brengen. Wij steunen de inhoudelijke keuzes die hierbij worden gemaakt (o.a. meer ruimte voor de Anningahof, het Academiehuis, atelier- en expositielocaties, structurele budgetten voor makers van podiumkunsten en talentontwikkeling via het Hybride Productiehuis). De groei van het cultuurbudget met € 5 ton structureel en € 5 ton incidenteel is het minimaal noodzakelijke. Wat ons betreft wordt dit hele bedrag vanaf 2025 structureel.
  3. Bij de beeldende kunst vragen wij ons wel af of de groei van betaalbare atelierruimte voldoende gewaarborgd is. Hoeveel ateliers kunnen er toegevoegd worden met dit extra geld? Daarnaast willen we wijzen op het belang van voldoende ondersteuning voor het totaal van het kunstenveld. Het middensegment (Anningahof, Academiehuis) en de top (Fundatie) worden goed afgedekt, maar het experimentele eerste niveau waarin de autonome kunst centraal staat (CW12, Langhuis) komt er bekaaid af. Op beide punten horen we graag een reactie van de wethouder.
  4. Het Filmhuis heeft dringend behoefte aan meer zaalcapaciteit. Uitbreiding binnen het Odeoncomplex is lastig en duur en afgelopen zaterdag werd een plan voor meerdere zalen in het nieuw te bouwen Handelshuys gepresenteerd. Kan de wethouder hierop een eerste reactie geven?
  5. Cultuureducatie is onmisbaar om cultuur breed en goed te verankeren in de stad, vooral onder de jeugd. Uit de antwoorden op onze schriftelijke vragen blijkt dat voortzetting van de hogere bijdragen van provincie en Rijk na 2024 erg onzeker is. Wat gaat het college ondernemen om die financiering alsnog veilig te stellen?
  6. Als het om ambitie gaat, springt een idee wel bijzonder in het oog: Zwolle als Europese Culturele Hoofdstad namens Nederland in 2033. Als dit wordt doorgezet, zullen we niet de enige stad zijn (Leiden heeft zich ook al gemeld). 2033 lijkt nog ver weg, maar de definitieve keuze wordt al veel eerder gemaakt: in 2028. Wij vragen ons daarom af of het inrichten van een projectorganisatie Culturele Hoofdstad 2033 in 2025 niet rijkelijk laat is. Het gaat hier om een zeer intensief en langdurige proces dat bovendien moet leiden tot een voorstel dat veel meer moet omvatten dan alleen cultuur. Nauw contact met Leeuwarden is hiervoor zeer aan te bevelen.

 

*) Genoemd in de beantwoording van technische vraag 5 van de VVD bij de Najaarsstukken.