Begroting 2014: Blijf investeren in mensen, zorg en wonen
De laatste begroting van deze raad representeert de turbulente tijd waarin wij op dit moment leven. Een begroting waarin wij onze oude waarden zoveel mogelijk bewaken en tóch ruimte willen bieden aan het ontstaan van nieuwe.De participatiemaatschappij, de digitale revolutie, de nieuwe tijd, de kracht van Zwolle, er zijn vast nog veel meer begrippen waarmee we proberen te duiden wat er onvermijdelijk aan komt. Waarop de overheid niet kan sturen, er beter in mee kan gaan, om het faciliteren.
Meedoen
Laatst zei iemand: participeren is dat je mee mag doen maar van de overheid moet je mee doen. En als we eerlijk zijn, dan klopt deze vreemde contradictie. Wij blijven investeren in het meedoen van mensen vanuit de oude waarde dat we niemand opgeven, omdat we iedereen de kans willen bieden of omdat we het simpelweg niet accepteren dat mensen niet werken voor hun geld. Tegelijkertijd loopt de werkloosheid op, zien we dat ook vrijwilligerswerk en mantelzorg onmisbare schakels in de samenleving zijn en ontstaat er een nieuwe kloof tussen de meer en minderverdieners, misschien niet eens zo sterk in inkomen als wel in zekerheden waarop je terug kunt vallen.
Regelmatig ontstaat daardoor de indruk dat we leven in een tijd van plat bezuinigen. Maar in míjn ogen leven we in een tijd waarin we onszelf opnieuw moeten uitvinden. Natuurlijk, de overheid blijft wat ons betreft hoeder van het algemeen belang en beschermer van de zwakken. En de vraag is dan: hoe maak je dat houdbaar?
Tegen de achtergrond van deze vraag en de erbij behorende worsteling tussen het vasthouden aan het oude omdat er nog niets nieuws is –of omdat het nieuwe steevast als bedreiging wordt gezien- en de noodzaak van het loslaten om iets nieuws te laten ontstaan belichten wij de begroting.
Concreet gaan wij op twee onderwerpen in: het sociale domein en wonen. Juist déze onderwerpen, omdat ze sterk verbonden zijn aan waarden van mijn partij, omdat ze de worsteling tussen het oude en het nieuwe goed weerspiegelen en óók omdat ze de gelegenheid bieden om terug te blikken op de achterliggende 3,5 jaar.
Sociaal domein
Allereerst het sociale domein. Als we ergens met elkaar de uitdaging aangaan dan is het daar, met alle valkuilen van dien, maar ook al met enig concreet resultaat. We proberen te sturen op het onvermijdelijke, vervallen in discussies over organisatiestructuren en raken pijnlijke identiteitgebonden snaren. Dat, terwijl we eigenlijk ook allemaal zien welke elementen anders zouden moeten: minder bureaucratie, meer preventie, direct ingrijpen als dat echt nodig is, vertrouwen in burgers en professionals, systeeminnovatie in plaats van losse pilots, ongedeelde budgeten en ga zo maar door. Op onderdelen is dit gezamenlijke inzicht ook concreet vertaald. Een mooi voorbeeld vind ik zelf nog steeds de nieuwe werkwijze ten aanzien van onze wijkcentra (maar ook bv buurt voor buurt, maatschappelijke opvang, WIW/ID).
Aan de andere kant blijkt de oude praktijk soms te rigoureus over boord te worden gezet zonder dat er een nieuwe is. Het voorstel in deze begroting om 4 ton te bezuinigen op het participatiebudget is daarvan een voorbeeld. Het budget wordt weggehaald omdat er slechts losse pilots mee werden uitgevoerd en participatie in het brede sociale domein wordt ondergebracht. Op zich een mooie gedachte maar voor de innovaties daar reserveren we fors extra budget. Daar komt bij dat de werkloosheidscijfers stijgen, de uitstroom uit de WWB daalt en 46% van de mensen met een bijstandsuitkering deze al meer dan drie jaar ontvangen. Tegen deze achtergrond vinden wij deze bezuiniging onacceptabel. Wij hechten aan een sluitende begroting en hebben begrepen dat voor 2014 de projecten met andere middelen zullen worden betaald maar wij komen met een amendement dat het college opdraagt de bezuiniging voor 2015 en verder ongedaan te maken.
Wonen
Ten tweede wonen en de lange wachtlijsten voor een sociale huurwoning in onze stad. Deze wachtlijsten zijn een direct gevolg van de stagnerende bouw en doorstroming op de woningmarkt. Ook op de woningmarkt is nog geen nieuwe balans ontstaan maar barst de oude uit zijn voegen, met alle consequenties van dien. Tegelijk met de woningnood staan er veel gebouwen leeg. Wij blijven pleiten voor creatieve oplossingen en dagen marktpartijen daarin uit. Tegelijkertijd verbaast ons in dat licht het recente pleidooi van veel andere partijen in de raad om gemeentelijk vastgoed te verkopen. Wij zouden liever zien dat de gemeente het goede voorbeeld geeft en in plaats van de stagnerende markt te overvoeren, ook haar eigen leegstaande panden tijdelijk voor wonen herbestemt. Want het einde is nog niet in zicht. De nieuwbouw op Kraanbolwerk, Stadshagen en Bagijneweide loopt alweer achter, zo lezen wij. Dit rechtvaardigt de door ons eerder al getrokken conclusie dat er opnieuw gronden afgewaardeerd of op zijn minst exploitaties herzien moeten worden. Maar daarnaast betekent het ook dat we nog jaren zullen blijven kampen met een te krappe woningmarkt. Voor studenten is er met de komst van de nieuwbouw aan de Pannekoekendijk gelukkig voldoende woonruimte en ook in de maatschappelijke opvang is op tijd bijgestuurd. Maar wij concluderen dat er te weinig is gedaan om het tij te keren als het gaat om eengezinswoningen. En natuurlijk is er het makkelijke verweer dat hierop niet direct te sturen is als gemeente en dat de crisis de oorzaak is. En dat klopt ook, maar juist op het terrein van de woningmarkt kennen we al jaren een werkwijze waarin de gemeente samen optrekt met de bouwpartners in de stad. Waarom lukt het dan niet om samen beter te sturen? Juist hier zou de nieuwe tijd zich moeten laten gelden.
Kritisch en complimenteus
Voorzitter, u hoort het, wij zijn kritisch. Maar wij willen toch afsluiten met een compliment. En niet alleen dat wij in deze begroting geen telfoutje hebben kunnen ontdekken. Nee, voorzitter, ons compliment gaat uit naar onze eigen wethouder van financiën die zich bij zo’n direct compliment hoogst ongemakkelijk voelt. Waar de Stentor zich dit voorjaar nog afvroeg of onze gemeente niet in een artikel 12 procedure terecht zou komen hebben we vier jaar lang het tegendeel bewezen. Er ligt een degelijke, betrouwbare begroting die de toekomstige zoektocht naar nieuwe rollen en werkvormen kan dragen en voeden. Gerrit, het is je laatste, bedankt!