PvdA wil opheldering over Convident

17 juli 2020

De PvdA wil van het college weten wat er precies is misgegaan met het project Convident. Het artikel hierover in De Stentor en het bericht van Limor, de Landelijke Instelling voor Maatschappelijke Ondersteuning en Rehabilitatie in Zwolle, roepen meer vragen op dan er beantwoord worden.

Fractievoorzitter Ben Ali: “Na jaren van voorbereiding moet de gemeenteraad plotseling in de krant lezen dat de stekker uit het project wordt getrokken. De PvdA vindt dit een merkwaardige gang van zaken die, op zijn zachts gezegd, een bedremmelde indruk achter laat. Zonder verdere tekst of uitleg roept deze gang van zaken de vraag op of dit woonproject in de toekomst bij deze betrokken organisaties wel in goede handen is.”

Ook wil de PvdA van het college weten hoe er wél aan een succesvolle re-integratie van (ex-)gedetineerden wordt gewerkt. En wat het college gaat of kan doen om te zorgen dat dit initiatief alsnog doorgang kan vinden en wel in de oorspronkelijke vorm, zoals bedacht bij het Deense project Skejby (spreek uit: ‘Skeebuu’)?

Art 45. vragen gang van zaken Convident

  1. Zwolle wordt als betrokken partner genoemd bij dit project. Wat is volgens de gemeente Zwolle de precieze toedracht geweest die zo abrupt heeft geleid tot het voortijdig staken van dit project?
    De gemeente is kort voor het bericht in de Stentor door Limor geïnformeerd over het besluit om met het initiatief Convident te stoppen. Limor heeft aangegeven dat Justitie aan het begin van de zomer heeft aangegeven dat de beoogde landelijke financiering niet langer meer voor Convident beschikbaar werd gesteld. Daardoor was het project financieel niet meer haalbaar en heeft Limor besloten Convident niet voort te zetten. Dit besluit heeft ertoe geleid dat deltaWonen heeft moeten afzien van huisvesting van Convident in de 4e studententoren aan het Talentenplein.

    2. Is het College door de betrokken partijen tijdig op de hoogte gesteld of heeft u het – net als wij – ook uit de Stentor moeten vernemen?
    Zoals aangegeven bij vraag 1, is de gemeente kort voor het bericht in de Stentor geïnformeerd door Limor over het door hen genomen besluit. Naar aanleiding van dit bericht heeft de gemeente verzocht om een afspraak met Limor. Dit gesprek heeft, i.v.m. vakanties, eind augustus plaatsgevonden.

    3. Wat is er aan de hand bij de betrokken organisaties? Wat heeft nu bestuurlijk, inhoudelijk, projectmatig en financieel gemaakt dat we nu te maken hebben met deze verassende uitkomst? Is er bestuurlijk onvoldoende op gestuurd? Is de inhoud en de planning van het project niet adequaat ‘gemanaged’? Is de projectsubsidie te laat aangevraagd? Voldeed het programma inhoudelijk niet of konden er onvoldoende deelnemers geselecteerd worden?
    Zoals de gemeente deze zomer uit de informatie van Limor heeft opgemaakt, heeft het wegvallen van de financiële middelen vanuit Justitie geleid tot het besluit om te stoppen met Convident. In het geplande gesprek met Limor is door hen nogmaals bevestigd dat het wegvallen van de beoogde financiering van Justitie de oorzaak is geweest om tot het bewuste besluit te komen. Het wegvallen van de financiering vanuit Justitie kwam voor Limor en daarmee ook voor betrokken partijen als onverwacht. De verdere afbakening van de doelgroep gedurende het traject was voor Limor wel een complicerende factor, maar niet de reden om te stoppen met Convident.

    4. Zijn de betrokken organisaties voldoende ‘in control’ om in de toekomst een dergelijk project uit te kunnen voeren? Zo ja, waaruit maakt u dat op?
    In vergelijking met andere maatschappelijke initiatieven zien we dat ook Convident te maken heeft met veel verschillende en soms onverwachte factoren waarop ingespeeld moet worden. Voor alle betrokkenen staat het belang van de opgave in samenhang met een zorgvuldig proces echter voorop. Juist om de kans te vergroten dat het initiatief succesvol zal verlopen, zowel op de korte als lange termijn. Limor heeft in het bestuurlijk gesprek aangegeven nog steeds een opgave te zien voor passende huisvesting met begeleiding voor (ex-)gedetineerden. Voor een eventueel toekomstig project is het echter ook van belang opnieuw naar de afbakening van de doelgroep te kijken. Gedurende het traject in de afgelopen jaren is de samenstelling van de doelgroep steeds smaller geworden, waardoor er bij Limor ook zorgen zijn ontstaan over voldoende instroom.

    5. Er wordt gesproken over het wegvallen van financiering, maar dit geldt toch alleen voor de doelgroep ex-gedetineerden, die omreden van die status geen justitieel financieringskader hebben? Begeleiding van beoogde deelnemers die aan het eind van hun detentie zouden zitten, zou derhalve toch wel gefinancierd kunnen worden?
    Op dit punt heeft Limor aangegeven dat het bij Convident gaat om mensen met toezicht uit reclassering, met een strafmaatregel (ex-gedetineerden, gedetineerden en mensen met alleen toezicht.) De financiering die is weggevallen ging om een trajectfinanciering en niet om een reguliere financiering. De reguliere financiering is bedoeld voor ambulante begeleiding, waarbij Justitie de voorwaarde stelt dat er sprake moet zijn van een stoornis/beperking (DSM-classificatie) en dat strookte niet met de beoogde doelgroep voor Convident. Daarbij is bij deze reguliere financiering geen ruimte voor groepsbegeleiding. Doordat Justitie begin deze zomer heeft besloten deze specifieke trajectfinanciering te laten vervallen was het niet langer mogelijk om Convident te continueren.

    6. Op welke wijze wordt er nu voorzien in de begeleiding van (ex-)gedetineerden? In 2019 heeft Zwolle namelijk een samenwerkingsovereenkomst gesloten, genaamd “(Kort)gestraften met een plan de deur uit”*, met als doel te werken aan een succesvolle re-integratie van(ex)gedetineerden. Daarbij is er gewerkt aan het opstellen van lokale samenwerkingsafspraken met alle betrokkenen. Wat zijn de stand van zaken en de uitkomsten van die samenwerkingsovereenkomst en de lokale samenwerkingsafspraken?
    Deze samenwerkingsovereenkomst heeft geresulteerd in de werkwijze SamenStarten. Hierover meer bij de beantwoording van vraag 7.

    7. Wat gaat of kan het College doen om te zorgen dat dit initiatief alsnog doorgang kan vinden en wel in de oorspronkelijke vorm, zoals bedacht is bij Skejby?
    Het College heeft gesprekken gevoerd met partijen om meer inzicht te krijgen in de toedracht rondom dit besluit. Het wegvallen van de financiering vanuit Justitie blijkt daarin doorslaggevend te zijn geweest.

    Wel is recentelijk duidelijk geworden dat Justitie alsnog financiering beschikbaar heeft gesteld aan Limor ten behoeve van het initiatief Convident. Deze financiering geldt voor een periode van twee jaar. Op welke manier dit kan bijdragen aan een eventuele doorstart van Convident is op dit moment in beraad bij Limor. De gemeente Zwolle werkt ook op andere manieren aan succesvolle re-integratie van (ex)gedetineerden.
    Voorbeelden hiervan zijn:
    – We benaderen iedere Zwolse gedetineerde (ongeacht in welke PI hij/zij zich bevindt) actief over de mogelijkheden voor nazorg binnen de gemeente Zwolle. Waar mogelijk en nodig stellen we samen met onze partners een plan van aanpak op.
    – Zwolse gedetineerden in PI Lelystad worden bezocht door Leger des Heils Reclassering voor informatie over en begeleiding bij re-integratie. Waar nodig wordt het maatwerktraject Prison Gate Office ingezet zodat een plan wordt gemaakt en begeleiding wordt geboden op alle leefgebieden.
    – De gemeente, PI Zwolle en de reclassering hebben de handen ineengeslagen voor het innovatieve project SamenStarten. Al tijdens detentie wordt gewerkt aan re-integratie, want het streven is om binnen de eerste 10 dagen van detentie een integraal plan van aanpak te maken voor alle Zwolse inwoners in de PI Zwolle. Het project gaat dus uit van de gedachte van de levensloopbenadering: detentie is een fase in iemands leven en daarom wordt er gekeken naar de situatie voor, tijdens én na detentie. We willen hiermee detentieschade zoveel mogelijk beperken en re-integratie bevorderen.
    – In 2019 en 2020 is de gemeente Zwolle vaak landelijk in beeld gekomen met deze werkwijze. Zo is onze werkwijze opgenomen als best-practice in de handreiking van het bestuurlijk akkoord ‘Re-integratie van (ex-)justitiabele burgers) en in de zelfscan nazorg voor ex-gedetineerden van de VNG voor gemeenten. Ook zijn we gevraagd om op een Europees congres onze werkwijze en ervaringen te delen. Eind juni werd SamenStarten nog als goed voorbeeld genoemd in de kamerbrief ‘tweede voortgangsbrief visie Recht doen kansen bieden’.

    Onze ambitie is om SamenStarten ook uit te rollen in PI Lelystad. Hier vinden binnenkort verkennende gesprekken over plaats.