Maatschappelijke kosten van de Regionale Energiestrategie (RES)

12 februari 2021

De huidige verdeling van zon- versus windenergie in onze regio, kost enkele honderden miljoenen euro’s extra. Dat blijkt uit de Regionale Energiestrategie (RES). Daarvan schrikken de fracties van de PvdA en D66. Ze stellen samen vragen aan het college van burgemeester en wethouders.

Over de maatschappelijke kosten van de Regionale Energiestrategie (RES) is nog nauwelijks gesproken. Ook de concept-RES geeft daarover nog weinig informatie. Terwijl die maatschappelijke kosten juist een van de vier hoekpunten in het afwegingskader van de RES is. Naast de omvang van de duurzame opwek, ruimtelijke kwaliteit en maatschappelijke acceptatie.

Eind vorig jaar bleek uit de analyse van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) dat dit aspect inderdaad nog nadere uitwerking verdient. Met name omdat er momenteel een sterke en niet kosten-efficiënte voorkeur is voor zon in plaats van wind. De fracties van de PvdA en D66 deden deze oproep ook tijdens het debat van mei 2020.

Het Zwolse bod kent een voorlopige verdeling van zeventig procent zon tegenover dertig procent wind. De totale RES West-Overijssel kent een verdeling van 58 procent zontegenover 42 procent wind. Begin januari vond er weer een webinar plaats voor raadsleden. Hieruit bleek dat de huidige verdeling van zon versus wind in onze regio enkele honderden miljoenen euro’s extra kost ten opzichte van een verdeling waarin windenergie en clustering de overhand hebben. Deze kosten komen uiteindelijk wel ten laste van onze inwoners. De fracties van de PvdA en D66 zijn ervan geschrokken: Ondanks onze waarschuwing in mei 2020, is er acht maanden later nog steeds een verdeling tussen zon en wind die hoge extra kosten voor de Zwollenaar met zich meebrengt.

Dat brengt onze fractie tot de volgende vragen.

  1. Hoe oordeelt het college over de maatschappelijke kosten van de (concept) RES West-Overijssel in het algemeen en de verhouding tussen zon en wind in de (concept) RES in het bijzonder?
  2. Hoe oordeelt het college over de verhouding tussen zon en wind in de Zwolse bijdrage in de (concept) RES West-Overijssel?
  3. Is het college het met de PvdA en D66 eens dat zowel de Zwolse als de regionale verhouding tussen zon en wind onwenselijk is gezien de maatschappelijke kosten en verrommeling die dit met zich meebrengt? a. Zo nee, waarom niet?
  4. Is het college zich bewust van het feit dat de maatschappelijke kosten van de RES West-Overijssel ook bij de Zwolse inwoners terecht komen, bv. via netwerkkosten/energiebelasting?
  5. Is het college zich bewust van het feit dat deze kosten voor de Zwolse inwoner afhangen van de volledige RES West-Overijssel (en andere RESsen) en niet alleen van de Zwolse bijdrage?
  6. Wat zou voor het college een gewenste verhouding tussen zon en wind zijn in de RES West-Overijssel? Zowel vanuit het Zwolse als vanuit het regionale perspectief?
  7. In de (concept) RES West-Overijssel is Zwolle een van de gemeenten die het meeste inzet op zon (ipv wind). In hoeverre is dit voor het college een logische en houdbare keuze, mede gezien het feit dat Zwolle in de regio juist een van de gemeenten is met een relatief klein buitengebied?
  8. Op welke manier en in welke mate heeft het college sinds mei 2020 ingezet op een andere verhouding tussen zon en wind/lagere maatschappelijke kosten als gevolg van de RES West-Overijssel?
  9. Wat is de huidige inzet van het college op dit aspect in het RES proces?
  10. Is het college bereid, voor zover daarvan nu nog geen sprake is, om binnen de RES West-Overijssel te sturen op een verhouding tussen zon en wind die meer inzet op wind dan nu het geval is in de concept RES?

 

PvdA Zwolle – Mart oude Egbrink
D66 Zwolle – David Hof

 

Dit antwoordde het college:

1. Hoe oordeelt het college over de maatschappelijke kosten van de (concept) RES West-Overijssel in het algemeen en de verhouding tussen zon en wind in de (concept) RES in het bijzonder?

Antwoord: We hebben in het voorjaar van 2020 besluiten genomen over de concept RES en deze met uw raad besproken. Eind maart zullen we een besluit nemen over een raadsvoorstel over het hoofdlijnenakkoord RES 1.0 en in week 22 over het raadsvoorstel met betrekking tot de definitieve RES 1.0. Bij beide raadsvoorstellen kunnen de maatschappelijke kosten onderdeel van het debat worden, inclusief ons oordeel.

2. Hoe oordeelt het college over de verhouding tussen zon en wind in de Zwolse bijdrage in de (concept) RES West-Overijssel?

Antwoord: zie vraag 1 .

3. Is het college het met de PvdA en D66 eens dat zowel de Zwolse als de regionale verhouding tussen zon en wind onwenselijk is gezien de maatschappelijke kosten en verrommeling die dit met zich meebrengt? a. Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Het college is er zich van bewust dat de toenemende vraag naar elektriciteit ook toenemende opwek van duurzame elektriciteit vraagt. Deze vraag zal nog met onbekende hoeveelheden toenemen. Aardgasvrij wonen, fossielvrij rijden, aardgasvrij bedrijfsleven etc. Deze omslag gaat geld kosten. Van duurzame opwek is ondertussen bekend dat de netwerkkosten van windenergie lager zijn dan van zonne-energie en sterk afhankelijk van de locatie. De overige kosten van bijvoorbeeld opslag, belastingen, etc. etc. zijn nog onbekend. Geredeneerd vanuit de gemeentelijke rol volgen we vooralsnog de lijn van de energiegids, inclusief zorgvuldige ruimtelijke inpassing.

4. Is het college zich bewust van het feit dat de maatschappelijke kosten van de RES West-Overijssel ook bij de Zwolse inwoners terecht komen, bv. via netwerkkosten/energiebelasting?

Antwoord: Marco-economisch gezien zullen alle kosten van consumptie door inwoners betaald worden. En dat betalen ze uit inkomen dat ze verdienen met het vervaardigen van producten en diensten. De kosten van energie zijn daar onderdeel van. (zie ook de landelijk plannen voor CO2 beprijzing van producten). Landelijk wordt verwacht dat energie duurder gaat worden, aardgas was en is immers per energie-eenheid beduidend goedkoper dan elektriciteit. Er is geen 1 op 1 relatie tussen de kosten van het netwerk en Zwolse inwoners. Dat neemt niet weg dat we blijven sturen op een haalbare en betaalbare energietransitie.

5. Is het college zich bewust van het feit dat deze kosten voor de Zwolse inwoner afhangen van de volledige RES West-Overijssel (en andere RESsen) en niet alleen van de Zwolse bijdrage?

Antwoord: zie antwoord op vraag 4.

6. Wat zou voor het college een gewenste verhouding tussen zon en wind zijn in de RES West- Overijssel? Zowel vanuit het Zwolse als vanuit het regionale perspectief?

Antwoord: De gewenste verhouding is de resultante van de afweging op de hoekpunten: opwek, acceptatie, kosten en ruimte. Vanuit de RES wordt gestreefd naar een verhouding van 60% wind en 40% zon, regionaal gezien. Ons college heeft hierover nadere vragen gesteld. Eind maart zullen we hierbij nader stilstaan. Voor Zwolle is de energiemix in RES 1.0 84% zon en 16 % wind. Daarmee wordt zichtbaar dat in Zwolle door particulier initiatief veel zon op dak en veld/water gerealiseerd is en wordt. We zijn niet voornemens om de verhouding zon/wind zodanig te interpreteren dat elke zon op dak initiatief met1,5 vermenigvuldigd wordt om te bepalen hoeveel windenergie er nog bij zou moeten komen.

7. In de (concept) RES West-Overijssel is Zwolle een van de gemeenten die het meeste inzet op zon (ipv wind). In hoeverre is dit voor het college een logische en houdbare keuze, mede gezien het feit dat Zwolle in de regio juist een van de gemeenten is met een relatief klein buitengebied?

Antwoord: In Zwolle is, vooral met zon op water, al veel opwek met zonne-energie gerealiseerd. Recent hebben we ook geconstateerd dat de (plannen voor) opwek van zon-op-dak hoger ligt dan in de concept RES staat. Daarmee komen we in Zwolle op een verhouding van 84% zon en 16% wind. Vooralsnog is dit voor Zwolle een goede verhouding, gezien de dichtheid van bebouwing en relatief kleine buitengebied. Naarmate de gebiedsontwikkeling Tolhuislanden vordert wordt meer duidelijk over de optimale situatie en daarmee opbrengst uit te ontwikkelen windmolens.. We constateren dat Zwolle met 6% van het regionaal gebied (hectares) in RES 1.0 20% van het bod invult. En we dragen kennis van meerdere gemeentes met plannen juist windenergie te faciliteren.

8. Op welke manier en in welke mate heeft het college sinds mei 2020 ingezet op een andere verhouding tussen zon en wind/lagere maatschappelijke kosten als gevolg van de RES West- Overijssel?

Antwoord: We werken uit overtuiging mee aan de regionale energiestrategie en afweging van de vier hoekpunten. We verwijzen u naar onze intentieovereenkomst met Staphorst, Zwartewaterland en Dalfsen. Dat is overigens geen gevolg van de RES West overijssel maar eerder van het aansluiten door de vier gemeentes in en op deze gebiedsontwikkeling.

9. Wat is de huidige inzet van het college op dit aspect in het RES proces?

Antwoord: zie vraag 8.

10. Is het college bereid, voor zover daarvan nu nog geen sprake is, om binnen de RES West- Overijssel te sturen op een verhouding tussen zon en wind die meer inzet op wind dan nu het geval is in de concept RES?

Antwoord: Zoals het er nu uitziet, en nog in uw raad ter besluitvorming zal komen, streven we op termijn regionaal naar 60% wind en 40% zon. Dat kan per gemeente anders zijn. Elk gemeente stuurt daarbij op de vier hoekpunten: opwek, acceptatie, ruimte en kosten. Een nadere uitwerking en onderbouwing zult u binnenkort kunnen bespreken bij de behandeling van het raadsvoorstel Hoofdlijnenakkoord RES.