Hoe gaat de Zwollenaar betaalbaar van het gas af

30 november 2020

Debatbijdrage Transitievisie Warmte en Organisatie warmteketen Holtenbroek – Aa-landen en geothermie

De eerste transitievisie warmte waarin beschreven wordt hoe, waar en wanneer we van het gas af gaan. Een plan met vertrekpunten, uitgangspunten, richtinggevende beelden en te zetten stappen. Gegeven de complexiteit van de transitie is het logisch dat dit nog niet allemaal is uitgewerkt. Maar tegelijkertijd is dit plan wel de paraplu waarbij onder gemeentelijke leiding de warmtetransitie plaats gaat vinden. En daarom is het belangrijk dat de zaken die hieraan staan zo duidelijk en sturend mogelijk zijn. Op drie aspecten willen wij daarvoor nadere richting meegeven.

Ten eerste de betaalbaarheid. Uitgangspunt hierbij is de zogenaamde woonlastenneutraliteit. Dat wil zeggen dat je minstens zoveel bespaart als dat je kwijt bent aan duurzaamheidsmaatregelen. Maar hoe werkt dit voor die duizenden Zwollenaren die nu al gebukt gaan onder energiearmoede? Die de verwarming al op 17 graden hebben staan. Die hebben helemaal geen ruimte om te investeren. Ook wordt in de visie gesproken over het niet laten toenemen van de energiearmoede. Maar voorzitter, dat is toch niet hetzelfde als een betaalbare energietransitie, als duizenden Zwollenaren daar nu al niet in meekunnen? Hoe kijkt het college naar haar verantwoordelijkheid om te zorgen dat het ook voor deze groep echt betaalbaar wordt?

En die betaalbaarheid is natuurlijk ook van belang voor Zwollenaren die geen last hebben van energiearmoede. Ik dat kader wil het college voor iedereen in een wijk toegang tot het gekozen wijkenergiesysteem onder gelijke voorwaarden en tarieven. Daarbij overweegt zij om dit op stadsniveau vast te leggen. Wat ons betreft doen we dit gewoon. We zitten met z’n allen in hetzelfde schuitje, en het is dan niet uit te leggen als je straks in Zwolle-Zuid slechter af bent dan in de Aalanden. Graag horen wij of hier volgens de wethouder belangrijke bezwaren tegen zijn.

Dan een tweede belangrijk kader. We beginnen met isoleren als eerste stap. Enerzijds is dit van belang om woningen geschikt te maken voor de overstap naar een alternatieve warmteoplossing. In die zin kan dit gefaseerd opgepakt worden. Anderzijds is het ook van belang voor de directe energiebesparing. Des te meer als we beseffen dat we ten opzichte van onze doelstelling van 25% energiebesparing in 2025 echt achterlopen. Stimuleren middels een energieloket is dan ook niet genoeg, er moet een tandje bij. En zoals tijdens de informatieronde op 2 november ook is aangegeven, er zijn gewoon subsidies nodig. En dan kan de wethouder wel weer aangeven dat we daar geen geld voor hebben, maar dat snappen wij ook. Daarom opnieuw ons pleidooi: maak gebruik van het Europese crisis- en herstelfonds. Kan de wethouder toezeggen dat ze een dergelijke aanvraag wil verkennen?

Tot slot voorzitter, ons derde punt. Communicatie. Na vaststelling van deze visie moet de stad worden meegenomen in het verhaal van de warmtetransitie. Om de energiebeweging  op gang te krijgen en onze achterstand in te halen zullen we veel en veel meer moeten communiceren. En dan bedoel ik niet participatie in de wijkuitvoeringsplannen, niet het gebruiken van bestaande initiatieven en niet het energieloket waar mensen zich melden die toch al iets willen. Nee, stadsbrede intensieve en proactieve campagnes, huis-aan-aan acties, krantenberichten, brieven, enzovoorts, gericht aan iedereen, om iedereen te overtuigen van nut en noodzaak. En om antwoord te geven op de vraag: hoe dan? Dat het nu niet voldoende is blijkt wel uit het feit dat 1 op de 3 Zwollenaren niet weet dat we van het gas af gaan. Of dat 2 op 3 Zwollenaren informatie verwacht van de gemeente. Daarom: deelt de wethouder dit belang en is zij bereidt hier veel forser op in te zetten dan nu het geval is?

Deel twee van het debat van deze avond gaat eveneens over een deelbesluit in de warmtetransitie. Specifiek wordt ons gevraagd naar een opvatting over de samenwerking binnen het onderzoeksproject RESULT, de uitgangspunten rondom de gewenste regievariant en specifiek voor Holtenbroek en Aalanden het verder uitwerken van een warmtebedrijf.

En hoewel de gevraagde besluiten zich vooral richten op uitgangspunten zijn de onderliggende stukken toch vrij technisch van aard. Ik zal daarom de voorstellen belichten vanuit wat volgens ons echt essentieel is voor de Zwollenaar: transparantie, betaalbaarheid en duidelijkheid.

Bij transparantie– of beter het gebrek daaraan – moeten we eerst stil staan bij het fiasco van Breecamp. Een warmtenet waarbij mensen geen inzicht krijgen in de kosten en niet worden teruggebeld als ze vragen hebben. Transparantie gaat dus niet zozeer over een open businesscase, nee het gaat erom dat de warmteleverancier responsief, open en volledig dienstbaar is. Daardoor ontstaat vertrouwen. Dit is voor onze fractie een belangrijk argument om achter de keuze voor een publiek warmtebedrijf in Holtenbroek en Aalanden te staan. Want zoals het college zelf aangeeft: vertrouwen is inherent aan het model van een publiek warmtebedrijf.

Als we vervolgens kijken naar de betaalbaarheid, ook dan snappen wij de keuze voor een warmtebedrijf in Holtenbroek en Aa-landen. Het herverdelen van kosten en opbrengsten is hiermee immers eenvoudiger dan in een concessiemodel. Daarbij is het uitgebrachte advies om naast het netbeheer ook de levering onder te brengen bij het warmtebedrijf. Deelt het college deze voorkeur?

Twijfels krijgen wij bij het afwegingskader voor de regievarianten als het gaat over de rest van de stad, juist vanwege die betaalbaarheid. Essentieel is een eerlijke transitie, dat wil zeggen dat er geen neiging is tot winst maken over een van de meest basale levensbehoeften. Dat moet gewoon zo goedkoop en eerlijk mogelijk. Van belang is daarom dat er socialisatie van de netwerkkosten kan plaatsvinden en gestuurd kan worden op een uniforme tariefstelling over de hele stad. Het is dan niet logisch om rendabele clusters in concessies weg te zetten, maar dat je juist de flexibiliteit houdt om clusters financieel met elkaar te verbinden. Dit is overigens niet alleen rechtvaardiger, maar kan mogelijk ook de businesscase van  Holtenbroek Aa-landen verbeteren.

Uit het advies aan het college blijkt de logica hierachter:  een warmtebedrijf dat zowel netbeheer als inkoop en levering doet brengt totale grip op de ontwikkelstrategie en prijsstelling. Graag hoor ik van de wethouder of zij bereid is tot stadsbrede kostensocialisatie, ik kan me namelijk voorstellen dat deze wens breder in deze raad speelt.

Overigens zijn wij – los van de betaalbaarheid – van mening dat het transport en distributie netwerk, een netwerk om te voorzien in een van de meest basale levensbehoeften, per definitie in publiek eigendom moet zijn. Deelt het college deze opvatting?

Tot slot de duidelijkheid. Die is voor inwoners van belang en ook voor ons als raad. En dan zijn we toch wat aan het zoeken als het gaat over RESULT. Hiervoor worden afspraken gemaakt over de samenwerking in de onderzoeksfase én in de exploitatiefase. Voor die laatste fase worden principe-afsprakengemaakt. Maar wat zijn dan die principe-afspraken? En hoe staat het college t.o.v. die deelname in de exploitatiefase? Dat is niet terug te vinden in de stukken, maar ons wordt wel gevraagd hier mee in te stemmen. Hierover hoort onze fractie dus eerst graag meer voordat we kunnen instemmen met het voorstel.